VERSLAG over een aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid over de betrekkingen met Belarus

28.9.2020 - (2020/2081(INI))

Commissie buitenlandse zaken
Rapporteur: Petras Auštrevičius


Procedure : 2020/2081(INI)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus :  
A9-0167/2020
Ingediende teksten :
A9-0167/2020
Aangenomen teksten :

ONTWERPAANBEVELING VAN HET EUROPEES PARLEMENT

aan de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid over de betrekkingen met Belarus

(2020/2081(INI))

Het Europees Parlement,

 gezien de artikelen 2, 3 en 8, en Titel V, met name de artikelen 21, 22, 36 en 37 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU), alsook het vijfde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU),

 gezien de conclusies van de Raad over Belarus van 15 februari 2016,

 gezien de oprichting van het Oostelijk Partnerschap in Praag op 7 mei 2009 als een gemeenschappelijk initiatief van de EU en haar zes Oost-Europese partners Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Georgië, de Republiek Moldavië en Oekraïne,

 gezien de gezamenlijke verklaringen van de toppen van het Oostelijk Partnerschap van 2009 in Praag, van 2011 in Warschau, van 2013 in Vilnius, van 2015 in Riga en van 2017 in Brussel, alsmede de videoconferentie van de leiders van het Oostelijk Partnerschap in 2020,

 gezien de overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven, welke op 1 juli 2020 in werking is getreden1,

 gezien de overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus inzake de versoepeling van de afgifte van visa2, die op 1 juli 2020 in werking is getreden,

 gezien de zesde ronde van de bilaterale mensenrechtendialoog tussen de EU en Belarus die op 18 juni 2019 in Brussel werd gehouden,

 gezien de gezamenlijke verklaring van hoge vertegenwoordiger/vicevoorzitter Josep Borrell en commissaris voor Nabuurschap en Uitbreiding Olivér Várhelyi van 10 augustus 2020, alsook de verklaring van 11 augustus 2020 van de hoge vertegenwoordiger namens de Europese Unie over de presidentsverkiezingen in Belarus,

 gezien de verklaring van de woordvoerder van de EDEO van 19 juni 2020 over de recente ontwikkelingen in Belarus en de verklaringen van hoge vertegenwoordiger/vicevoorzitter Josep Borrell van 14 juli 2020, 7 augustus 2020 en 17 augustus 2020 over de verkiezingen in Belarus,

 gezien de verklaringen van de woordvoerder van de EDEO over de toepassing van de doodstraf in Belarus, met name de verklaringen van 30 juli 2019, 28 oktober 2019, 20 december 2019, 11 januari 2020 en 7 maart 2020,

 gezien zijn aanbeveling aan de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid over het Oostelijk Partnerschap, in de aanloop naar de top van juni 2020,

 gezien het rapport van de speciale rapporteur van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties over de situatie van de mensenrechten in Belarus van 10 juli 2020,

 gezien de verklaringen van de Verenigde Naties over de situatie in Belarus, met name de verklaringen van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de mensenrechten van 12 augustus 2020, van de speciale rapporteurs van de Verenigde Naties voor de mensenrechten van 13 augustus 2020 en van de woordvoerder van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de mensenrechten van 21 augustus 2020,

 gezien de verklaring van de Voorzitter van het Europees Parlement van 13 augustus 2020 waarin hij ertoe oproept het geweld in Belarus te beëindigen,

 gezien de gezamenlijke verklaring van de politieke leiders van de PPE-, S&D-, Renew-, Verts/ALE- en ECR-Fracties in het Europees Parlement over Belarus van 17 augustus 2020,

 gezien de belangrijkste resultaten van de buitengewone bijeenkomst van de Raad Buitenlandse Zaken van 14 augustus 2020 en de conclusies van de Europese Raad van 19 augustus 2020 over de situatie in Belarus na de presidentsverkiezingen van 9 augustus 2020,

 gezien de open brief over diplomatieke toezichtactiviteiten tijdens de presidentsverkiezingen van 2020 in Belarus (Minsk, 13 augustus 2020),

 gezien het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten,

 gezien de integrale EU-strategie en het herziene Europees nabuurschapsbeleid,

 gezien zijn resoluties over Belarus, met name die van 24 november 2016 over de situatie in Belarus[1], van 6 april 2017 over de situatie in Belarus[2], van 19 april 2018 over Belarus[3], en van 4 oktober 2018 over de achteruitgang van de mediavrijheid in Belarus, met name het geval van Charter ’97[4],

 gezien artikel 118 van zijn Reglement,

 gezien het verslag van de Commissie buitenlandse zaken (A9-0167/2020),

A. overwegende dat het optreden van het regime van Loekasjenko crimineel is en indruist tegen de Europese waarden, tegen de democratische beginselen en tegen de wil van de Belarussische bevolking; overwegende dat, hoewel de fundamentele beperkingen van de elementaire vrijheden en mensenrechten in Belarus nog altijd blijven bestaan, het EU‑beleid van kritische betrokkenheid bij Belarus enkele resultaten heeft opgeleverd in de vorm van ondertekende overeenkomsten en nauwere samenwerking op gebieden zoals milieu en connectiviteit, grensoverschrijdende samenwerking en grensbeheer, maar dat dit beleid ontoereikende resultaten heeft opgeleverd op het gebied van de naleving door het regime van de fundamentele waarden van het Oostelijk Partnerschap; overwegende dat het onwettig optreden van het Belarussische regime deze resultaten in gevaar brengt en dat de toekomstige betrekkingen tussen de EU en Belarus grondig opnieuw moeten worden bekeken, gezien het gebrek aan naleving door het regime van zijn eigen verplichtingen uit hoofde van het internationale recht en zijn overeenkomsten met de EU; overwegende dat de toekomstige betrekkingen tussen de EU en Belarus zullen worden vastgelegd in de door de EU en door de nieuwe legitieme en democratisch verkozen autoriteiten van Belarus overeen te komen prioriteiten van het partnerschap en moeten zijn gebaseerd op de gemeenschappelijke waarden die ten grondslag liggen aan de EU, te weten de democratie, de rechtstaat, de eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden;

B. overwegende dat de bevolking van Belarus een gemeenschappelijk Europees erfgoed en een gemeenschappelijke Europese cultuur deelt in een land dat direct aan drie EU‑lidstaten grenst; overwegende dat de situatie in Belarus rechtstreekse gevolgen kan hebben voor de EU;

C. overwegende dat geen enkele sinds 1994 in Belarus gehouden parlements- of presidentsverkiezingen vrij en eerlijk is verlopen, maar dat de bevolking van Belarus na meer dan twee decennia van onderdrukking ondanks deze harde, ondemocratische omstandigheden duidelijk voor verandering heeft gestemd; overwegende dat de recente presidentsverkiezingen noch vrij noch eerlijk waren en dat deze verkiezingen nog meer dan de vorige werden ontsierd door een algehele veronachtzaming van de fundamentele vrijheden van vergadering, vereniging en meningsuiting en plaatsvonden na een beperkte periode voor het voeren van een verkiezingscampagne en in een extreem restrictieve omgeving die een zinvolle of competitieve politieke strijd over het algemeen onmogelijk maakte;

D. overwegende dat de Belarussische autoriteiten niet hebben voldaan aan de internationale minimumnormen voor een geloofwaardig, transparant, vrij en eerlijk proces voor de presidentsverkiezingen;

E. overwegende dat de campagne voor de presidentsverkiezingen werd gekenmerkt door wijdverbreide bureaucratische inmenging in het voordeel van de zittende president, door intimidatie en repressie van andere kandidaten en hun gezinnen en aanhangers, door de weigering om kandidaten die voldoende handtekeningen hadden verzameld te registeren, door veelvoudige arrestaties en door pogingen om onafhankelijke journalisten en bloggers het zwijgen op te leggen en websites van dissidenten offline te halen;

F. overwegende dat de deelname van de meeste kandidaten werd verhinderd door een restrictieve en willekeurige registratieprocedure, met inbegrip van de arrestaties van Viktor Babarika, de belangrijkste kandidaat voor het presidentschap, en Sergej Tichanovski, de echtgenoot van Svetlana Tichanovskaja, een andere belangrijke kandidaat; overwegende dat de centrale kiescommissie heeft geweigerd de belangrijke oppositiekandidaat Valery Tsepkalo te registreren vanwege een ontoereikend aantal geldige handtekeningen ter ondersteuning van zijn kandidatuur, zonder de mogelijkheid om een nieuwe beoordeling van de geweigerde handtekeningen te vragen; overwegende dat dit de disproportionele en onredelijke hindernissen voor kandidaatstelling onderstreept en ingaat tegen verbintenissen in het kader van de OVSE en andere internationale normen; overwegende dat zulke uitsluitingen van kandidaten de Belarussische bevolking beperken in haar mogelijkheden om kandidaten te kiezen;

G. overwegende dat volgens de Human Rights Defenders for Free Elections kandidaten van de oppositie door verdere maatregelen werden benadeeld, zoals het beperken van de locaties waar verkiezingsactiviteiten wettig kunnen plaatsvinden, het arresteren van leden van de campagneteams van de kandidaten en het blokkeren van bijna alle genomineerden van de oppositie voor de kiescommissies van de kiesdistricten, waardoor 1,1 % van het totale aantal verkozen genomineerden afkomstig was van oppositiepartijen en 96,7 % van pro-regeringspartijen;

H. overwegende dat de regering van Belarus heeft verzuimd de OVSE/ODIHR tijdig uit te nodigen voor het waarnemen van de presidentsverkiezingen van 9 augustus, waardoor er bij deze verkiezingen geen onafhankelijke internationale waarnemers aanwezig waren;

I. overwegende dat de lokale verkiezingswaarnemers vanwege beperkingen, opgelegd door de centrale kiescommissie in het kader van de coronaviruspandemie, ervan werden weerhouden hun taken volledig uit te voeren tijdens alle fasen van de stemming, namelijk het vervroegd stemmen, het stemmen op de dag van de verkiezingen en het thuis stemmen; overwegende dat het vervroegd stemmen door het Belarussische regime werd gebruikt om de opkomst diverse malen aanzienlijk te verhogen, en dat er bovendien talrijke gevallen zijn aangetoond waarin bepaalde categorieën kiezers werden gedwongen te stemmen, zoals militair personeel, ambtenaren, werknemers van staatsbedrijven en bewoners van openbare huisvesting; overwegende dat de lokale verkiezingswaarnemers op de verkiezingsdag werden gehinderd in hun toezicht op het tellen van de stemmen en dat het aantal kiezers en de verkiezingsuitslag die door de kiescommissies van de kiesdistricten en de centrale kiescommissie werden bekendgemaakt, aanzienlijk afweken van hun waarnemingen;

J. overwegende dat onafhankelijke platformen, opgericht door Belarussische maatschappelijke organisaties (zoals Golos – Belarus2020.org), onafhankelijke exitpolls hebben uitgevoerd en protocollen hebben geanalyseerd van kiescommissies van meer dan 200 districten, waarin de echte resultaten werden bekendgemaakt en waaruit duidelijk bleek dat Svetlana Tichanovskaja de absolute meerderheid van de stemmen kreeg (ergens tussen de 71,1 % en 97,6 %);

K. overwegende dat de centrale kiescommissie Alexander Loekasjenko heeft uitgeroepen tot winnaar van de verkiezingen met naar verluidt 80,1 % van de stemmen, terwijl zijn belangrijkste opponent Svetlana Tichanovskaja slechts 10,12 % van de stemmen zou hebben gekregen; overwegende dat tijdens de verkiezingen voortdurend onregelmatigheden werden gemeld, dat aan mensen vaak het recht om te stemmen werd ontzegd en dat protocollen van kiesdistricten werden vervalst;

L. overwegende dat de Europese Unie en haar lidstaten de uitslag van de presidentsverkiezingen niet hebben erkend vanwege aanzienlijke twijfel over de eerlijkheid ervan, dat zij het disproportioneel en onaanvaardbaar gebruik van geweld tegen vreedzame betogers hebben veroordeeld en hun steun hebben uitgesproken voor het recht van het Belarussische volk om zijn toekomst te bepalen;

M. overwegende dat Svetlana Tichanovskaja, die door het Belarussische volk wordt beschouwd als de gekozen president, werd geïntimideerd en gedwongen om Belarus twee dagen na de presidentsverkiezingen te verlaten; overwegende dat ook andere burger- en politieke activisten en leiders van werknemers Belarus hebben verlaten vanwege bedreigingen van hun eigen veiligheid of die van hun familieleden;

N. overwegende dat het Belarussische regime weigert een nationale dialoog met de bevolking aan te gaan en de coördinatieraad niet erkent waartoe Svetlana Tichanovskaja het initiatief had genomen met als enig doel middels dialoog een vreedzame en ordelijke machtsoverdracht te bevorderen, en dat het regime tracht de coördinatieraad te intimideren en uiteen te drijven door de leden ervan tot mikpunt te nemen en strafzaken tegen hen te beginnen;  overwegende dat slechts één lid van het presidium van de coördinatieraad, Svetlana Alexejevitsj, niet in hechtenis zit of door de Belarussische autoriteiten onder dwang het land is uitgezet;

O. overwegende dat er in Belarus ongekende nationale betogingen voor vrije en eerlijke nieuwe verkiezingen hebben plaatsgevonden na de presidentsverkiezingen van 9 augustus en de bekendmaking van een vervalste uitslag waarbij de zittende president werd uitgeroepen als winnaar; overwegende dat de betogingen hebben geleid tot gewelddadig ingrijpen waarbij duizenden Belarussen werden aangehouden, honderden mensen in het ziekenhuis werden opgenomen, van ten minste vijf mensen is bevestigd dat zij zijn overleden en tientallen mensen nog steeds vermist worden;

P. overwegende dat het Europees Parlement zijn steun uitspreekt voor de eisen van het Belarussische volk voor vrije en eerlijke verkiezingen en voor het vermogen vrij te kunnen beslissen over de toekomst van het land;

Q. overwegende dat het Europees Parlement ingenomen is met de aanhoudende vreedzame organisatie van de nationale betogingen en deze aanmoedigt, en de rol en het sterke leiderschap van de Belarussische vrouwen looft;

R. overwegende dat getuigenissen van Belarussische betogers over de onmenselijke omstandigheden en behandeling waaraan zij werden blootgesteld tijdens hun onwettige opsluiting, berichten bevatten over eindeloze afranselingen, verkrachtingen, onterende behandeling en onmenselijke omstandigheden in overbevolkte cellen zonder toegang tot drinkwater, maaltijden, sanitaire voorzieningen of medische zorg; overwegende dat Belarussisch oppositieleider en politiek gevangene Pavel Severinets zijn polsen heeft doorgesneden uit protest tegen foltering en onmenselijke detentie-omstandigheden; overwegende dat veel mensen na hun vrijlating werden opgenomen in het ziekenhuis, sommigen op de intensive care, met onder meer gebroken ledematen, schedelbreuken, schade aan het gezichtsvermogen en het gehoor, en dat sommige van deze verwondingen, in combinatie met het opgelopen psychische trauma, levenslange gevolgen zullen hebben, met inbegrip van onvruchtbaarheid;

S. overwegende dat represailles tegen tegenstanders van het regime, verkiezingswaarnemers, journalisten, bloggers, activisten van het maatschappelijk middenveld en mensenrechtenactivisten, onder meer met fysiek geweld, ontvoeringen door onbekenden zonder identificatie, administratieve boetes, bedreigingen met het verliezen van het gezag over een kind, strafrechtelijke procedures, alsook fysieke en psychologische foltering, in de afgelopen maanden in Belarus een gangbare praktijk zijn geworden;

T. overwegende dat de Belarussische bevolking dringend bijstand en ondersteuning van de internationale gemeenschap nodig heeft;

U. overwegende dat de situatie in Belarus dringend een internationaal onderzoek vergt in verband met schendingen van de mensenrechten van vreedzame betogers en het buitensporig gebruik van geweld door het Belarussische regime;

V. overwegende dat de werkomstandigheden van mensenrechtenactivisten, vertegenwoordigers van de oppositie, het maatschappelijk middenveld en de media voortdurend zijn verslechterd, met systematische onderwerping aan intimidatie en pesterijen, en inperkingen van de fundamentele vrijheden; overwegende dat de registratie van mensenrechtenorganisaties en andere maatschappelijk organisaties systematisch wordt geweigerd en dat lidmaatschap van ongeregistreerde groepen en het ontvangen van financiering uit het buitenland strafbaar zijn gesteld; overwegende dat mensenrechtenadvocaten eraan worden gehinderd gearresteerde burger- en politieke activisten, die niet kunnen rekenen op een eerlijk proces, te verdedigen;

W.  overwegende dat de wijdverbreide straffeloosheid van rechtshandhavers bijdraagt tot nog meer mensenrechtenschendingen en tot vergelding tegen mensenrechtenactivisten en onschuldigen;

X. overwegende dat in het rapport van de speciale rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Belarus van juli 2020 wordt opgemerkt dat er geen significante vooruitgang is geboekt op het gebied van de wettelijke en reglementaire bescherming van de mensenrechten in Belarus, en dat, naast bovenvermelde problemen, de aandacht wordt gevestigd op de aanhoudende toepassing van de doodstraf, de veel voorkomende discriminatie van kwetsbare groepen, met inbegrip van vrouwen, mensen met een handicap, etnische en religieuze minderheden en LHBTIQ-personen, het aanhoudend gebruik van dwangarbeid, foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing van gedetineerde personen en de discriminatie van mensen die de Belarussische taal spreken;

Y. overwegende dat volgens Belarussische mensenrechtenorganisaties in Belarus meer dan 50 mensen om politieke redenen worden vastgehouden; overwegende dat tot de gedetineerde Belarussische oppositieleden Mikola Statkevitsj behoort, die tijdens de presidentsverkiezingen in 2010 democratisch kandidaat en van 2011 tot 2017 gewetensgevangene was, evenals Maria Kolesnikova, Lilija Oelasava en Maxim Znak, leden van het presidium van de coördinatieraad, presidentskandidaat Viktor Babarika en vlogger Sergej Tichanovski;

Z. overwegende dat het Europees Parlement zijn diepste medeleven betuigt met de families van de overleden Alexander Tarajkovski, Alexander Vichor, Artsjom Paroekow, Henadz Sjoetav en Kanstantsin Sjysjmakov en met de hele Belarussische natie;

AA. overwegende dat het Belarussische regime op 14 augustus 2020 de toegang tot het land heeft ontzegd aan twee leden van het Europees Parlement, te weten Robert Biedroń, voorzitter van de Delegatie voor de betrekkingen met Belarus, en Petras Auštrevičius, permanent rapporteur van het Europees Parlement voor Belarus, die het land zouden bezoeken op uitnodiging van het Belarussische maatschappelijk middenveld;

AB.  overwegende dat sinds 2014 18 000 Belarussische minderjarigen uit hoofde van artikel 328 van het strafwetboek zijn veroordeeld tot onevenredig lange gevangenisstraffen van 8 tot 15 jaar voor niet-gewelddadige drugsdelicten; overwegende dat Belarussische minderjarigen tijdens hun detentie en gevangenisstraf worden geconfronteerd met talrijke schendingen van hun rechten, met inbegrip van fysiek geweld en folteringen, en dat zij worden blootgesteld aan arbeidsomstandigheden die een gevaar vormen voor hun gezondheid;

AC. overwegende dat de EU in 2016 het merendeel van de sancties tegen Belarus heeft ingetrokken, met uitzondering van een wapenembargo en sancties tegen vier personen, maar dat dit niet is gebeurd omdat Belarus aan alle voorwaarden voldeed, maar veeleer in de hoop dat het land zou blijven evolueren in de richting van het verbeteren van de omstandigheden voor politieke en burgerparticipatie en de eerbiediging van de mensenrechten en fundamentele vrijheden; overwegende dat geen vooruitgang is geboekt op het gebied van democratisch bestuur en mensenrechten, en dat de administratieve, financiële en fysieke repressie tegen de democratische oppositie, maatschappelijke organisaties, journalisten, bloggers en zelfs gewone mensen toeneemt;

AD. overwegende dat de Europese Raad in 2020 heeft besloten om sancties op te leggen aan een aanzienlijk aantal personen die verantwoordelijk zijn voor geweld, repressie en de vervalsing van de verkiezingsresultaten in Belarus, door hen te verbieden de EU binnen te reizen en hun financiële tegoeden in de EU te bevriezen;

AE. overwegende dat het onaanvaardbaar is als een lidstaat de vervalsing van de verkiezingsuitslag, het geweld en de repressie niet ondubbelzinnig veroordeelt en het Belarus van Loekasjenko als een partnerland beschouwt, aangezien de situatie in Belarus het innemen van een krachtig en principieel standpunt vereist, alsook het overeenkomen van een gezamenlijk EU-optreden;

AF. overwegende dat de Belarussische autoriteiten hebben ontkend dat COVID‑19 zich in het land heeft verspreid, waardoor kostbare tijd verloren is gegaan die had kunnen worden gebruikt om de bevolking van het land voor te bereiden en te beschermen, met name het medisch personeel; overwegende dat ze massa-evenementen niet hebben geannuleerd, met name de militaire parade op 9 mei met duizenden deelnemers en de gemeenschapswerkdag die werd bijgewoond door een kwart van de Belarussische bevolking, en in plaats daarvan zijn overgegaan tot de intimidatie van journalisten, bloggers, de democratische oppositie, maatschappelijke organisaties en gewone mensen die cruciale informatie over de pandemie en de nodige voorzorgsmaatregelen deelden, waardoor Belarus een van de hoogste COVID‑19‑besmettingsgraden per hoofd van de bevolking in Europa heeft en een bedreiging vormt voor de gezondheid in de regio; overwegende dat de regering en president van Belarus hebben nagelaten feiten te verstrekken over en tijdig te reageren op de pandemie, en in plaats daarvan actief onjuiste informatie hebben verspreid die de gezondheid van hun burgers in gevaar heeft gebracht;

AG. overwegende dat de EU zich van bij het begin van de COVID‑19‑pandemie solidair heeft getoond met de bevolking van Belarus en 60 miljoen EUR aan Belarus heeft toegewezen om de onmiddellijke en directe gevolgen van de COVID‑19‑uitbraak te beperken, en dat daaraan als reactie op de situatie in Belarus na de verkiezingen 53 miljoen EUR werd toegevoegd ter ondersteuning van de Belarussische bevolking; overwegende dat Belarus de mogelijkheid onderzoekt om aan de EU macrofinanciële bijstand te vragen;

AH. overwegende dat de COVID‑19‑pandemie de veerkracht, vastberadenheid en het ongekende vermogen van de Belarussische maatschappij om zichzelf te organiseren heeft getoond, met name in het licht van de slome reactie op en zelfs de ontkenning van de pandemie en de gevolgen ervan door de autoriteiten;

AI. overwegende dat in Belarus geen onafhankelijke persbureaus zijn geregistreerd en dat de persvrijheid er sinds 2015 aanzienlijk is afgenomen, zoals jaarlijks wordt bevestigd door de wereldindex voor persvrijheid, en dat de situatie sinds de presidentsverkiezingen in augustus 2020 zelfs nog is verslechterd; overwegende dat de weinige onafhankelijke journalisten, bloggers, fotografen of media die in het land actief zijn en die mensenrechtenschendingen aan de kaak stellen, te maken hebben met systematische intimidatie en strafmaatregelen, zoals arrestaties of het instellen van strafrechtelijke onderzoeken, met inbegrip van aanklachten wegens illegale productie en verspreiding van informatie, extremisme, het in diskrediet brengen en beledigen van de president of hooliganisme, en dat het aantal vervolgingen naar aanleiding van verklaringen op het internet is toegenomen; overwegende dat in 2000 en 2016 twee mensenrechtenjournalisten werden gedood nadat zij actief verslag hadden uitgebracht over mensenrechtenschendingen en kritiek hadden geuit op het repressieve beleid van de autoritaire regering van Belarus;

AJ. overwegende dat het Belarussische regime na de presidentsverkiezingen zijn greep op de mediavrijheid en op het recht van mensen om toegang te krijgen tot informatie en informatie te delen verder heeft vergroot door de internettoegang te blokkeren, het drukken van kranten te verstoren, lokale journalisten en buitenlandse correspondenten die de betogingen gadesloegen en erover berichtten, te arresteren, alsmede degenen die het milieubeleid van de staat bekritiseerden of commentaar leverden op de COVID‑19‑pandemie, en hen bloot te stellen aan foltering en onmenselijke behandeling;  overwegende dat speciaal journalisten het mikpunt waren en dat verschillende journalisten gewond raakten terwijl zij verslag uitbrachten over de door het Belarussische regime goedgekeurde repressie van vreedzame betogers; overwegende dat de televisiezenders van de staat niet berichten over de aanhoudende betogingen en de door het regime van Loekasjenko gepleegde wreedheden en dat zij worden gebruikt om desinformatie te verspreiden en Svetlana Tichanovskaja, politieke activisten en vreedzame betogers in diskrediet te brengen; overwegende dat journalisten van de staatstelevisie die ontslag namen, werden vervangen door propagandadeskundigen uit Rusland;

AK. overwegende dat onafhankelijke journalisten die samenwerken met en werken voor buitenlandse media worden vervolgd uit hoofde van artikel 22.9 van het wetboek inzake bestuursrechtelijke vergrijpen, dat het ontvangen van financiële beloningen van media die niet naar behoren zijn geregistreerd en geaccrediteerd in Belarus strafbaar stelt; overwegende dat de televisiezender Belsat, die officieel is geregistreerd in Polen, in Belarus niet is geregistreerd en dat zijn activiteiten voortdurend onder druk staan en worden aangevallen, met inbegrip van de gewelddadige arrestaties van zijn journalisten en de aan zijn medewerkers opgelegde boetes, die op 18 juni 2020 101 791 USD bedroegen;

AL. overwegende dat Belarus onder ongekende druk staat van Rusland om hun integratie te verdiepen in het kader van de Uniestaat, ten nadele van de soevereiniteit van Belarus, hetgeen onder meer resulteert in een aanhoudende impasse over de invoer van olie en gas uit Rusland;

AM. overwegende dat het 26 jaar durende bewind van Loekasjenko werd gekenmerkt door beleid dat gericht was op het ondermijnen van de soevereiniteit en onafhankelijkheid van het land en het verzwakken van de identiteit, het erfgoed en de cultuur van Belarus;

AN. overwegende dat Belarus vanuit veiligheidsoogpunt nauw verbonden is met en afhankelijk is van Rusland en deelneemt aan acties die een bedreiging vormen voor de lidstaten van de EU, zoals de ondoorzichtige gezamenlijke militaire oefeningen van Zapad 2017, de geplande gezamenlijke militaire oefeningen van Zapad 2021 en de bouw van onveilige nucleaire installaties;

AO. overwegende dat Alexander Loekasjenko zich na het uitbreken van massale protesten tot Rusland heeft gewend voor hulp om het overleven van het Belarussische regime veilig te stellen en dat hij probeert zijn imago en de steun van de bevolking te redden door valse verhalen te creëren over externe bedreigingen voor Belarus die uitgaan van buitenlandse westerse actoren en door deze te gebruiken om de activiteiten en bewegingen van de Belarussische strijdkrachten in de regio Grodno, aan de grens met Polen en Litouwen, op te voeren, hetgeen een directe bedreiging vormt voor de EU en haar lidstaten;

AP. overwegende dat Belarus samen met het Russische bedrijf ROSATOM de kerncentrale van Astravyets bouwt op een ongerechtvaardigde locatie, slechts 20 kilometer verwijderd van de buitengrens van de EU en 45 kilometer van de hoofdstad van Litouwen; overwegende dat de bouw van de kerncentrale van Astravyets gepaard gaat met een gebrekkige naleving van de internationale regels inzake nucleaire veiligheid, met ernstige veiligheidsovertredingen en met grote incidenten, waaronder het voortzetten van de bouw ondanks de COVID‑19‑uitbraak op de bouwplaats; overwegende dat het de bedoeling was de eerste reactor van de kerncentrale van Astravyets op te starten vóór de presidentsverkiezingen van augustus 2020 en vóór de volledige tenuitvoerlegging van de aanbevelingen van de stresstests, uitgevoerd door de instanties voor nucleaire veiligheid van de EU;

AQ. overwegende dat de moeilijke economische situatie, die nog zal verslechteren vanwege nationale stakingen en de weigering van het Belarussische regime om een nationale dialoog aan te gaan met de Belarussische bevolking, duidelijk maakt dat het economisch model van Belarus zijn grenzen heeft bereikt en dat het land mogelijk aan het begin staat van een overgangsperiode waarin de EU een belangrijke, stabiliserende rol kan spelen;

AR. overwegende dat de betrokkenheid met het maatschappelijk middenveld in Belarus merkbaar is toegenomen, onder meer middels door de EU ondersteunde activiteiten en door een intensivering van persoonlijke contacten;

1. beveelt de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid aan:

over de situatie in Belarus na de verkiezingen

(a) hun krachtige steun uit te spreken voor het besluit van de EU en haar lidstaten om de door de Belarussische centrale kiescommissie bekendgemaakte frauduleuze verkiezingsuitslag niet te erkennen vanwege aanzienlijke twijfel over de eerlijkheid van de verkiezingen, en Alexander Loekasjenko niet te erkennen als rechtmatige president van het land zodra zijn huidige ambtstermijn uiterlijk op 5 november 2020 afloopt; hem op te roepen de wil van de bevolking van Belarus te eerbiedigen en vreedzaam terug te treden; alle lidstaten te vragen hun veroordeling uit te spreken over de verkiezingsfraude, de onderdrukking van de oppositie en het maatschappelijk middenveld, de inperkingen van de mensenrechten, de vrijheid van meningsuiting en de mediavrijheid, en het schenden van democratische kernwaarden en de rechtstaat;

(b) te beklemtonnen dat deze ontwikkelingen negatieve uitwerkingen zullen hebben op de betrekkingen tussen de EU en Belarus;

(c) hun ondubbelzinnige steun uit te spreken voor de legitieme eisen van het Belarussische volk inzake nieuwe, vrije en eerlijke verkiezingen die zo snel mogelijk moeten plaatsvinden onder toezicht van de OVSE en onafhankelijke internationale waarnemers; te beklemtonen dat de huidige crisis een vreedzame en democratische oplossing vergt, die moet zijn gestoeld op onafhankelijke en vrije media en een sterk maatschappelijk middenveld;

(d) erop aan te dringen dat de verkiezingsprocessen in Belarus volledig voldoen aan de internationale normen, de aanbevelingen van de OVSE en de adviezen van de Commissie van Venetië, en erop aan te dringen dat de kieswet van de Republiek Belarus wordt gewijzigd teneinde solide procedurele en juridische waarborgen in te voeren die de inclusiviteit, integriteit en transparantie van alle fasen van het verkiezingsproces vergroten, in het bijzonder duidelijke en redelijke criteria en mechanismen voor het registreren van kandidaten en het verifiëren van handtekeningen in te voeren, te zorgen voor de opneming van vertegenwoordigers van alle actoren van het verkiezingsproces in kiescommissies, en aan alle deelnemers gelijke toegang tot de media te verlenen;

(e) erop te wijzen dat Svetlana Tichanovskaja volgens onafhankelijk sociologisch onderzoek bij de presidentsverkiezingen van 2020 meer dan de helft van de stemmen heeft gekregen en in de ogen van de Belarussische bevolking haar gekozen president is;

(f)  de door Svetlana Tichanovskaja geïnitieerde coördinatieraad te erkennen als de rechtmatige vertegenwoordiger van de bevolking die democratische verandering en vrijheid in Belarus eist, en erop aan te dringen dat het Belarussische regime een dialoog hiermee aangaat; de vervolging van de leden van de coördinatieraad te betreuren en te eisen dat alle juridische stappen die de autoriteiten tegen hen hebben ondernomen, worden stopgezet en dat alle gearresteerde en gedetineerde leden worden vrijgelaten;

(g)  de inspanningen van de coördinatieraad te ondersteunen voor een vreedzame en democratische machtsoverdracht als resultaat van een inclusieve nationale dialoog tussen de Belarussische regering en de oppositie/het maatschappelijk middenveld/de coördinatieraad, met inbegrip van vertegenwoordigers van de kerken als gerespecteerde en neutrale bemiddelaars; alle nodige bijstand te verlenen voor de versterking van de organisatie en werking van de coördinatieraad;

(h) erop aan te dringen dat Alexander Loekasjenko het aanbod aanvaardt van de huidige en komende fungerend voorzitters van de OVSE om de nationale dialoog te faciliteren teneinde een oplossing te vinden voor de politieke crisis en de gespannen situatie in het land, en ervoor te zorgen dat de EU concrete hulp verleent aan de OVSE in het kader van haar voorstel om als bemiddelaar op te treden;

(i) erop aan te dringen het geweld, de wrede onderdrukking, de foltering en het harde optreden tegen vreedzame betogers onmiddellijk stop te zetten; op te roepen tot een volwaardig EU‑/internationaal onderzoek naar de misdaden tegen de bevolking van Belarus die door de wetshandhavingsautoriteiten van het regime van Loekasjenko worden gepleegd en van de autoriteiten te verlangen dat zij alle slachtoffers van mensenrechtenschendingen en misstanden toegang tot de rechter en recht op een doeltreffende voorziening in rechte bieden;

(j) de tactiek van het Belarussische regime te veroordelen waarmee de coördinatieraad wordt ontbonden door de intimidatie en uitzetting uit Belarus van zijn leden, alsmede van politici en activisten van de oppositie teneinde hen van de binnenlandse politieke processen weg te houden;

(k) bij Belarus aan te dringen op de onmiddellijke en onvoorwaardelijk vrijlating van en het laten vallen van alle aanklachten tegen alle politieke gevangenen en alle leden van maatschappelijke organisaties, journalisten en alle andere personen die voor, tijdens en na de verkiezing willekeurig zijn vastgehouden; aan te dringen op het volledige herstel en de volledige eerbiediging van de mensenrechten en vrijheden, waaronder de persvrijheid, de vrijheid van vergadering en de andere politieke en burgerlijke vrijheden in Belarus;

(l) hun lof te uiten voor de acties van werknemers in talrijke fabrieken en instellingen in het hele land die zich op verschillende manieren bij de protesten hebben aangesloten, onder meer via stakingen, en de nodige steun te verlenen aan degenen onder hen die door het regime zijn gestraft omdat zij hun democratische rechten uitoefenden;

(m) waakzaam te blijven ten aanzien van arrestaties, verdwijningen en intimidatie van kandidaten, demonstranten, activisten en onafhankelijke journalisten, en dergelijke gevallen op te volgen bij de Belarussische autoriteiten;

(n) de gevallen van arrestaties en verdwijningen in Belarus nauwlettend in de gaten te blijven houden, de Belarussische autoriteiten op deze gevallen te wijzen en te verzoeken om hiertegen adequaat en onmiddellijk op te treden; een gericht EU-steunprogramma op te starten om slachtoffers van politieke repressie en politiegeweld te helpen, met name op het gebied van toegang tot juridisch advies, materiële en medische hulp en rehabilitatie;

(o) aan te dringen op een onafhankelijk en effectief onderzoek naar de dood van Aleksandr Tarajkovski, Aleksandr Vichor, Artsjom Paroekow, Henadz Sjoetav en Konstantsin Sjismakoe in verband met de protesten, en de moord op de leden van de politieke oppositie Joeri Zacharenko, Anatoli Krasovskij en Viktor Hontsjar in 1999 en naar de lotgevallen en verblijfplaats van de in 2000 verdwenen Dmitrij Zavadski;

(p) Belarus te verzoeken om in het strafwetboek een specifieke definitie op te nemen van foltering die strookt met internationale mensenrechtennormen en te verzekeren dat foltering wordt bestraft met sancties, alsook om wetswijzigingen door te voeren om gedwongen verdwijningen strafbaar te stellen;

(q) de autoriteiten te verzoeken de toegang tot en de beschikbaarheid en kwaliteit van de gezondheidszorg in plaatsen van detentie te verbeteren, met name gezien de COVID-19-pandemie, alsook de werkomstandigheden van het medisch personeel te verbeteren, in het licht van de berichten over politieagenten die hulp voor gewonde betogers tegenhielden en medisch personeel arresteerden;

(r) de sancties, die overeengekomen zijn door de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU en de Europese Raad, zo spoedig mogelijk toe te passen en in zorgvuldige coördinatie met internationale partners;

(s) de groep personen tegen wie sancties worden ingesteld uit te breiden, door Aleksandr Loekasjenko op te nemen alsmede een aanzienlijk aantal hooggeplaatste functionarissen en functionarissen uit het middenkader, en de leden van de centrale kiescommissie (CEC) van wie bekend is dat zij hebben meegewerkt aan het vervalsen van de stembusuitslag van de presidentsverkiezingen in Belarus en verantwoordelijk zijn voor of hebben bijgedragen tot schendingen van de burger- en mensenrechten; deze lijst moet worden gehanteerd door de EU en voortdurend worden bijgewerkt en uitgebreid naargelang van de ernst van de misdrijven die door het regime-Loekasjenko worden gepleegd;

(t) visumverboden en financiële sancties op te leggen, inclusief het bevriezen van activa, aan vertegenwoordigers van het regime en aan personen aan wie sancties zijn opgelegd en hun familieleden;

(u)  het EU-sanctiemechanisme inzake mensenrechten snel operationeel te maken en te implementeren om sancties te kunnen opleggen die vergelijkbaar zijn met de sancties uit hoofde van de Amerikaanse Magnitski-wet tegen personen en bedrijven die betrokken zijn bij ernstige mensenrechtenschendingen en verantwoordelijk zijn voor andere misdrijven, en deze sancties op te leggen aan Belarussische functionarissen, onder wie rechercheurs en rechters die strafzaken voeren tegen politieke gevangenen, en andere personen en bedrijven die betrokken zijn bij de gewelddadige onderdrukking van vreedzame bijeenkomsten om handtekeningen in te zamelen en protesten in Belarus, met inbegrip van de foltering en mishandeling van gedetineerden en politieke gevangenen;

(v) sancties te overwegen voor sectoren in Belarus, waardoor de druk op het regime zou kunnen worden opgevoerd maar die geen langdurige gevolgen mogen hebben voor de bevolking;

(w) zich in te zetten voor de onafhankelijkheid, soevereiniteit en territoriale integriteit van Belarus; elke vorm van directe of indirecte externe inmenging door een derde land, met inbegrip van de Russische Federatie, met kracht af te wijzen, in het bijzonder in de Belarussische staatsmedia en de veiligheidstroepen; te beklemtonen dat het protest in Belarus pro-democratisch is en niet van geopolitieke aard is; te herhalen dat de Europese Unie alleen open zou staan voor verdere ontwikkeling van de betrekkingen met het land, zowel bilateraal als in het kader van het Oostelijk Partnerschap, alleen als Belarus voldoet aan alle eerder overeengekomen voorwaarden in verband met de democratie, de rechtsstaat, vrije en eerlijke verkiezingen, het internationaal recht, de mensenrechten en de fundamentele vrijheden;

(x) er bij de Russische Federatie op aan te dringen geen acties te ondernemen die de soevereiniteit en de territoriale integriteit van Belarus zouden bedreigen; bezorgdheid te uiten over het feit dat zij onderhandelingen over de voortzetting van de olie- en gaslevering aan Belarus inzet als politiek drukmiddel; de hybride inmenging die de Russische Federatie uitvoert, bijvoorbeeld door zogenaamde mediadeskundigen naar de Belarussische staatsmedia te sturen en adviseurs naar het leger en de wetshandhavingsinstanties van Belarus, in het openbaar een schending van de overeenkomst van niet-inmenging te noemen en deze te veroordelen, en het voortzetten van dergelijk optreden te ontmoedigen; te waarschuwen tegen pogingen om de situatie te militariseren en spanningen met de buurlanden uit te lokken;

(y) erop wijzen dat de militaire oefeningen van de Belarussische gewapende troepen eind augustus 2020 aan de grens met Litouwen en Polen, die gevolgd werden door een vijandige en misleidende informatiecampagne, de spanningen en het wantrouwen onnodig hebben doen toenemen;

(z) te erkennen dat het beleid van kritische betrokkenheid vóór de frauduleuze presidentsverkiezingen op 9 augustus 2020 weliswaar heeft geleid tot een aantal ontwikkelingen in de bilaterale betrekkingen, maar dat vooruitgang op de cruciale gebieden van de democratie, de rechtsstaat, de eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden – met inbegrip van de vrijheid van meningsuiting, de mediavrijheid en de arbeidsrechten – en het maatschappelijk middenveld, tijdens en na die verkiezingen werd teruggedraaid en dat de sociaal-economische situatie nu gekenmerkt wordt door lage inkomens en hoge werkloosheid, een stagnerende economie die zwaar leunt op staatsbedrijven en corruptie; aangezien de EU een meer op maat gesneden aanpak van het Oostelijk Partnerschap hanteert en een volledige herziening van de EU-Belarus betrekkingen, de toepassing van het beginsel “minder voor minder” te overwegen in het geval van verdere verslechtering van de mensenrechtensituatie die geen gevolgen zouden mogen hebben voor de betrokkenheid bij en de ondersteuning van het maatschappelijk middenveld, de mensenrechtenactivisten, de onafhankelijke media en de bevolking van Belarus, aangezien politieke, financiële, technologische en informatieve steun integendeel verder moet worden gestimuleerd, door toepassing van het beginsel “meer voor meer”, en meer betrokkenheid van het Belarussisch maatschappelijk middenveld bij initiatieven en projecten in Belarus, gesteund door de EU, andere internationale organisaties en individuele landen, moet worden aangemoedigd;

(a a) een allesomvattende herziening van het EU-beleid ten opzichte van Belarus voor te bereiden, met specifieke aandacht voor de steun die de EU verleent aan het maatschappelijk middenveld en de bevolking van Belarus, rekening houdend met de verschillende scenario’s voor de ontwikkeling van het land, en de onderhandelingen over de partnerschapsprioriteiten EU-Belarus op te schorten totdat vrije en eerlijke presidentsverkiezingen hebben plaatsgevonden; te beklemtonen dat de EU op een eensgezinde, vastberaden manier moet reageren op de situatie die in Belarus is ontstaan na de presidentsverkiezingen;

(a b) het alternatief aan te bieden van versterkte en veel nauwere samenwerking met Belarus, dat ook een substantieel verhoogde financiële en technische ondersteuning door de EU omvat, als democratische hervormingen, waaronder nieuwe verkiezingen, worden doorgevoerd;

(a c) te werken aan een alomvattend programma voor Belarus na de nieuwe presidentsverkiezingen en een donorconferentie voor het democratische Belarus te organiseren waar internationale financiële instellingen, G7-landen, EU-lidstaten en -instellingen en anderen samenkomen die bereid zijn een steunpakket ter waarde van miljarden euro’s toe te zeggen om de toekomstige hervormingsinspanningen en herstructurering van de economie te ondersteunen;

(a d) de uitbetaling van eventuele financiële ondersteuning aan de illegitieme Belarussische autoriteiten onmiddellijk te staken en te vermijden financiering te geven aan de regering en aan door de staat gecontroleerde projecten, met inbegrip van het doorsluizen van bijstand of financiering bestemd voor het maatschappelijk middenveld door deze entiteiten; heldere voorwaarden te stellen om te garanderen dat de financiële steun van de EU aan Belarus niet terechtkomt in de handen van vertegenwoordigers van het regime of wordt gebruikt om de acties van het regime te legitimeren, tenzij het regime stopt met de onderdrukking, in gesprek gaat met de burgers en nieuwe, vrije en eerlijke verkiezingen toestaat;

(a e) ervoor te zorgen dat de aanvullende steun van 53 miljoen EUR voorziet in de behoeften van het Belarussische volk, d.w.z. dat daarmee – naast de hulp in verband met COVID-19 – de medische behandeling wordt ondersteund van Belarussen die gewond en getraumatiseerd zijn geraakt door het brute geweld tegen demonstranten, de behandeling en het herstel van de zwaarstgewonden in de EU-lidstaten worden vergemakkelijkt en ondersteund; hun steun te betuigen aan de maatschappelijke organisaties en activisten, onder wie degenen die in ballingschap werken, om organisaties en advocaten in staat te stellen juridische diensten te verlenen aan de slachtoffers van het Belarussische regime, om de documentatie van en het onderzoek naar de mensenrechtenschendingen te steunen, en steun te verlenen aan de stakende Belarussische werknemers en aan de onafhankelijke vakbonden, de onafhankelijke media en de onderzoeksjournalistiek;

(a f) een strategie voor de verspreiding van de EU-fondsen te ontwikkelen in samenwerking met het maatschappelijk middenveld en de democratische vertegenwoordigers van de Belarussische bevolking, de EU en internationale maatschappelijke organisaties en instellingen met ervaring op het gebied van de samenwerking met Belarus;

(a g) erop aan te dringen om de steunprogramma’s die via de EIB, de EBWO, de Wereldbank, de VN en andere internationale organisaties worden uitgevoerd, afhankelijk te maken van verbeteringen van de mensenrechtensituatie en de democratie en van het naleven van internationale normen inzake nucleaire veiligheid; op te merken en aan de orde te stellen dat er momenteel gewoonlijk geen onafhankelijke belanghebbenden zetelen in de bestuursorganen van de programma’s die in samenwerking tussen deze internationale organisaties en overheidsdiensten in Belarus worden uitgevoerd, hetgeen niet alleen leidt tot twijfelachtige uitkomsten van die programma’s, maar er ook toe bijdraagt dat overheidsinstellingen maatschappelijke organisaties buiten de structuur voor samenwerking met de EU plaatsen (door de regering opgezette niet-gouvernementele organisaties - GONGO’s);

(a h) de talrijke blijken van solidariteit met de bevolking van Belarus, onder meer in de vorm van fondsenwerving, liefdadigheid en humanitaire hulp, te verwelkomen; in dit verband de stopzetting van het vervoer van humanitaire hulp, georganiseerd door “NSZZ Solidarnosc”, te veroordelen;

(a i) steun te verlenen aan het werk van Europese politieke stichtingen om burgerschap te ontwikkelen en burgers een sterkere rol te geven bij het vormgeven van publieke vraagstukken en om toekomstige politieke leiders in Belarus ondersteuning te bieden;

(a j) de Belarussische autoriteiten eraan te herinneren dat de EU snel heeft ingespeeld op de dringende behoeften van het land tijdens de COVID-19-pandemie door meer dan 60 miljoen EUR vrij te maken om de onmiddellijke noden te lenigen, zoals steun voor de gezondheidssector en kwetsbare gemeenschappen, alsook te voorzien in kortetermijnbehoeften ter ondersteuning van het sociale en economische herstel;

(a k) erop aan te dringen dat alle macrofinanciële bijstand van de EU ter beperking van de economische gevolgen van de pandemie van COVID-19 afhankelijk wordt gesteld van strikte politieke en economische criteria, met name die welke verband houden met de democratie en de mensenrechten, in het bijzonder het beëindigen van politieke repressie en de vrijlating van alle politieke gevangenen; te wijzen op de door sommige EU-lidstaten geuite bezorgdheid over de veiligheid van kernenergie, en de dreiging die uitgaat van de militaire samenwerking tussen Belarus en Rusland, en erop aan te dringen dat adequate maatregelen worden genomen om het virus te bestrijden en de bevolking te beschermen;

(a l)  erop aan te dringen dit alles nauwlettend op te volgen teneinde elk misbruik van EU-middelen te voorkomen, zoals de financiering van experimentele geneesmiddelen of vaccins;

(a m)  erop te wijzen dat de pogingen van het regime van Belarus moeten worden tegengewerkt om desinformatie te verspreiden, door de EU-steun als steun voor het regime voor te stellen; bezorgdheid te uiten over de verspreiding van nepnieuws en desinformatie in Belarus tijdens de COVID-19-pandemie, en de Belarussische autoriteiten en de EU aan te moedigen specifieke programma’s te ontwikkelen om desinformatie en propaganda te bestrijden;

(a n)  er bij de Belarussische autoriteiten op aan te dringen te erkennen welke dreiging er uitgaat van de COVID-19-pandemie en het gezondheidsstelsel te versterken en de burgers op transparante en inclusieve wijze te voorzien van alle nodige levensreddende informatie over de pandemie, gevolg te geven aan de aanbevelingen van de WHO-expertmissie naar Belarus van april 2020, de toegang tot en beschikbaarheid en kwaliteit van de gezondheidszorg in detentieoorden te verbeteren;

(a o) de kwestie van nucleaire veiligheid te handhaven als een groot punt van zorg voor de EU vanwege de mogelijk rampzalige gevolgen van een ongeval voor de hele regio; de kwestie van de kerncentrale van Astravjets (NPP) met spoed te behandelen, aangezien deze in korte tijd in gebruik wordt genomen, en aangezien de eerste levering van splijtstof uit Rusland is ontvangen en de eerste rector al is geladen met splijtstof, terwijl er gewerkt wordt aan verdere technische voorbereidingen om de elektriciteitsopwekking in november 2020 te starten;

(a p) te eisen dat de geplande ingebruikname van de Astravjets-kerncentrale wordt uitgesteld totdat aan de internationale normen voor nucleaire veiligheid is voldaan, er verplichte openbare hoorzittingen zijn gehouden en de politieke situatie in Belarus is gestabiliseerd, gelet op een aantal onopgeloste nucleaire veiligheidsproblemen die tijdens stresstests zijn vastgesteld, de afwezigheid van een eindconclusie over de veiligheid ervan, de ontoereikende opslagcapaciteit voor verbruikte splijtstof en voor de energiereserves en de huidige instabiliteit in Belarus, die de respons bij een ongeval, waarop een verhoogd risico bestaat bij het opstarten van de reactor, bemoeilijkt;

(a q) hun bezorgdheid te uiten over het feit dat Belarus de aanbevelingen van de door de EU-autoriteiten voor nucleaire veiligheid verrichte stresstests niet zal uitvoeren vóór de lancering van de eerste reactor van de Astravjets-kerncentrale, waarbij er bovendien op wordt gewezen dat bij de bouw van de Astravjets-kerncentrale geen secundaire controlevoorraad wordt aangehouden die nodig is voor een veilige werking van de centrale;

(a r) wat de Astravjets-kerncentrale betreft aan te dringen op de volledige naleving van de internationale normen voor nucleaire en milieuveiligheid, transparante, inclusieve en constructieve samenwerking met de internationale autoriteiten en de verlening van toegang en monitoringcapaciteit aan onafhankelijke milieuorganisaties in Belarus, en de uitvoering hiervan als voorwaarde te stellen voor de uitkering van de financiële steun van de EU; steun te verlenen aan de inspanningen om Europese solidariteit te waarborgen met betrekking tot een verbod op de invoer van energie uit de kerncentrale van Astravjets naar de EU-markt;

De politieke situatie in Belarus

(a s) aandringen op vrije en eerlijke verkiezingen die moeten plaatsvinden vóór een transparant en inclusief constitutioneel hervormingsproces na een openbare raadpleging van alle relevante belanghebbenden van de Belarussische samenleving, als een cruciale gelegenheid om echte veranderingen door te voeren, inclusief basale burgerrechten en vrijheden, waarmee de zwakheden van het huidige politieke systeem worden aangepakt, een transparant en pluralistisch verkiezingsproces wordt gewaarborgd, en waardoor het Belarussische volk in staat wordt gesteld vertegenwoordigd te worden in een democratisch verkozen parlement en actief deel te nemen aan het politieke leven en het politieke proces;

(a t) de autoriteiten te verzoeken de transparantie te verhogen, de arbitraire belemmeringen weg te nemen, waardoor sinds 2000 geen enkele nieuwe politieke partij in Belarus geregistreerd is, en de registratie van politieke partijen en religieuze en maatschappelijke organisaties en onafhankelijke vakbonden mogelijk te maken, en de op gevestigde organisaties toegepaste beperkingen op te heffen en een einde te maken aan de vervolging van de politieke tegenstanders van het regime;

(a u) de problemen aan te pakken waar onafhankelijke vakbondsorganisaties mee kampen, zoals geweigerde registratie, politiek gemotiveerde vervolging van hun leiders en gedwongen aansluiting van nieuw aangeworven medewerkers bij door de staat gecontroleerde vakbonden;

Mensenrechten en vrije media

(a v) de Belarussische bevolking te prijzen voor haar moed en vastberadenheid en om haar verlangen naar democratische verandering, sociale rechtvaardigheid en vrijheid en naar een toekomst voor het land die stoelt op de beginselen van democratie, de rechtsstaat en mensenrechten, te ondersteunen, teneinde de vrijheid, onafhankelijkheid, soevereiniteit en welvaart van de Republiek Belarus te waarborgen;

(a w) te benadrukken dat de nationale wetgeving van de Republiek Belarus moet worden gewijzigd om de fundamentele burgerlijke rechten en vrijheden en de naleving van internationale verdragen te waarborgen, zoals de vrijheid van vergadering, vereniging, vrijheid van mening en meningsuiting, alsmede mediavrijheid, in overeenstemming met internationale verdragen en de OVSE-richtsnoeren inzake de vrijheid van vreedzame vergadering; dringt er bij Belarus op aan zij haar volledige medewerking verleent aan de speciale rapporteur van de VN voor de mensenrechtensituatie in Belarus, het VN-Comité tegen Foltering en het VN-Comité voor de rechten van de mens, teneinde de achterstallige hervormingen door te voeren om de mensenrechten te beschermen en de democratie te versterken en de foltering en andere wrede, onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing van gedetineerden in Belarus aan de orde te stellen;

(a x) de voltrekking van de doodstraf in Belarus te veroordelen en met de Belarussische autoriteiten te blijven werken aan een moratorium als eerste stap in de richting van de definitieve afschaffing van de doodstraf en, hangende de afschaffing van de doodstraf, te werken aan een effectief recht om in beroep te gaan tegen de doodstraf; te stimuleren dat het publieke debat over de afschaffing van de doodstraf wordt geïntensiveerd om de weg vrij te maken voor een mogelijk toekomstig referendum over dit vraagstuk;

(a y) de voortdurende intimidatie en vervolging van mensenrechtenactivisten, oppositieleiders, met inbegrip van presidentskandidaten, hun aanhangers en familieleden, vreedzame demonstranten, activisten uit het maatschappelijk middenveld, verkiezingswaarnemers, verdedigers van de milieurechten, religieuze leiders en onafhankelijke journalisten en bloggers, te veroordelen, met name de tactiek van de autoriteiten om hen te laten verdwijnen en om hun enorme geldboetes op te leggen; Belarus op te roepen te stoppen met deze onderdrukking en te garanderen dat deze personen hun activiteiten vrij van alle beperkingen kunnen verrichten zonder wraakacties te moeten vrezen; te betreuren dat artsen, medisch personeel en anderen die zich openlijk hebben uitgesproken over en hebben gewaarschuwd voor de verspreiding van COVID-19 in Belarus, het zwijgen is opgelegd en dat zij zijn geïntimideerd;

(a z) op te roepen te stoppen met de pogingen om de werkzaamheden van leden van het mensenrechtencentrum Viasna – met name Aleksandr Boerakoe, Ales Boerakoe, Raman Kisliak, Oeladzimir Vialichkin, Alena Maslioekova, Andrej Miadzvedzeu en Siarhej Lacinski – tegen te werken en hun monddood te maken, en een einde te maken aan de detentie, vervolging en intimidatie van hen en hun familieleden;

(b a) te erkennen dat de repressie het maatschappelijk middenveld belemmert en dat mensenrechtenverdedigers een belangrijke rol spelen in het waarborgen van onafhankelijk toezicht, met name in verkiezingstijd;

(b b) de pogingen van het Belarussische regime te veroordelen om de toegang tot het land te ontzeggen aan Belarussen met kritiek op het land, zoals het hoofd van de katholieke kerk van Belarus, aartsbisschop Tadeusz Kondrusiewicz, alsook aan onafhankelijke journalisten, mensenrechtenwerkers en vertegenwoordigers van de internationale gemeenschap, onder wie leden van het Europees Parlement;

(b c) een heldere procedure en capaciteit in de EU-lidstaten te ontwikkelen met het oog op de spoedige behandeling van aanvragen voor Schengenvisa en de snelle uitgifte daarvan, en de spoedige totstandkoming van een humanitaire corridor voor Belarussische burgers die dringend medische hulp en om politieke redenen een veilig heenkomen nodig hebben;

(b d)  de aanhoudende discriminatie en stigmatisering van personen met een handicap, mensen met hiv, minderheden, LGBTQI-personen en familieleden van gedetineerden te veroordelen en aan te dringen op de oprichting van een onafhankelijke nationale instantie voor de mensenrechten, de opstelling van een nieuw mensenrechtenactieplan en uitgebreide antidiscriminatiewetgeving;

(b e)  te benadrukken dat de Belarus het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten heeft geratificeerd, uit hoofde waarvan de nationale wetgeving alle personen gelijke en doeltreffende bescherming moet bieden tegen discriminatie op welke grond dan ook: ras, huidskleur, geslacht, taal, religie, politieke of andere overtuigingen, nationale of sociale afkomst, eigendomsstatus en geboorte of andere omstandigheden; bezorgdheid te uiten over de geringe bekendheid van en kennis over het verdrag onder regeringsfunctionarissen, rechters, aanklagers en advocaten; de Belarussische regering op te roepen het onderwijssysteem te verbeteren en informatie te verspreiden via de media om een tolerante houding te creëren jegens kwetsbare groepen;

(b f)  aan te dringen op actie om de aanhoudende stereotypering en discriminatie van vrouwen doeltreffend te bestrijden door hun werkomgeving te verbeteren, vrouwen toegang te geven tot alle arbeidssectoren, de loonkloof te verkleinen, en de politieke betrokkenheid van vrouwen te bevorderen; gendergelijkheid te mainstreamen in de EU-betrekkingen met Belarus;

(b g) de discriminatie van sprekers van de Belarussische taal in Belarus aan de orde te stellen en initiatieven te ondersteunen om een breder gebruik van het Belarussisch in het publieke en culturele leven en in de media te bevorderen;

(b h) te betreuren dat er nog steeds sprake is van dwangarbeid, die onevenredig is gericht op kwetsbare categorieën mensen, onder wie werknemers van staatsbedrijven en overheidsdiensten, studenten, mensen die worden vastgehouden in zogenaamde arbeidsbehandelcentra, gevangenen en dienstplichtigen; Belarus op te roepen alle wetgeving in te trekken die dwangarbeid toestaat en de Belarussische bevolking niet te verplichten om deel te nemen aan de jaarlijkse dag van gemeenschapswerk;

(b i)  de onevenredige bestraffing binnen het rechtsstelsel van Belarus aan de orde te stellen, met name artikel 328 van het Wetboek van Strafrecht, op grond waarvan minderjarigen voor niet-gewelddadige drugsgerelateerde misdrijven worden veroordeeld tot onevenredig lange gevangenisstraffen;

(b j) de voortzetting van de mensenrechtendialoog tussen de EU en Belarus aan te moedigen, maar erop aan te dringen dat het werkelijke nut ervan niet alleen voortvloeit uit institutionele contacten, maar vooral uit meetbare vooruitgang, waarvan geen sprake is volgens de deelnemende Belarussische maatschappelijke organisaties;

(b k) de situatie met betrekking tot de mediavrijheid in Belarus te monitoren en onafhankelijke mediakanalen, bloggers en journalisten te steunen en voor hen een veilige werkomgeving te creëren, met inbegrip van degenen die als freelancer werken voor niet-geregistreerde buitenlandse media, alsmede media die gevestigd zijn in Polen, zoals Belsat TV, European Radio for Belarus en Radio Stacja, aangezien zij een belangrijke informatiebron zijn voor en over Belarus en voorzien in broodnodige alternatieve perspectieven;

(b l)  de onderdrukking van internet en de media, de wegblokkades en de intimidatie en de grootschalige intrekking van accreditaties van journalisten met als doel de informatiestroom over de situatie in het land te stoppen, krachtig te veroordelen, alsook de weigering om internationale media en leden van parlementen en regeringen van de democratische gemeenschap toe te laten tot Belarus;

(b m) zich lovend uit te spreken over het optreden van de journalisten en de werknemers van de publieke omroepen die ondanks de onderdrukking en bedreigingen trouw bleven aan hun journalistieke principes en de democratische oppositie bleven ondersteunen, waarop zij werden ontslagen; het werk van onafhankelijke media waaronder Charter 97, Belsat TV, Radio Svoboda en andere te erkennen; het Europees Fonds voor Democratie en andere instrumenten te gebruiken om de media en journalisten die door het regime worden onderdrukt, te ondersteunen;

(b n) elke verspreiding van propagandaverhalen en desinformatie door de Belarussische staatsmedia te bestrijden, waarin de EU en haar lidstaten worden beschuldigd van inmenging in lopende processen in Belarus en worden aangemerkt als een bedreiging voor de territoriale integriteit van Belarus, alsook van andere vormen van hybride bedreigingen door derden; te verzoeken om de verwijdering van de journalisten die Rusland naar verluidt heeft gezonden ter vervanging van werknemers van de Belarussische publieke tv-stations die ontslag hebben genomen;

Economische en sectoriële samenwerking

(b o) Belarus eraan te herinneren dat de EU zijn op een na grootste handelspartner is en dat de intensivering van de economische betrekkingen het broodnodige evenwicht kan bewerkstelligen voor de buitenlandse handel van Belarus, die sterk afhankelijk is van Rusland en de Euraziatische Economische Unie;

(b p)  benadrukken dat het van belang is dat het toetredingsproces van Belarus tot de Wereldhandelsorganisatie (WTO) wordt voortgezet, omdat dit de modernisering en diversificatie van de economie zal aanmoedigen, zal bijdragen tot een stabieler bedrijfsklimaat in het land en op regels gebaseerde handel met de EU zal vergemakkelijken;

(b q) op te merken dat de Chinese president de eerste was die Loekasjenko na de verkiezingen feliciteerde; bezorgdheid te uiten over de toenemende Chinese investeringen in strategische infrastructuur en te waarschuwen voor de effecten van de afhankelijke situatie waarin Belarus daardoor terecht kan komen;

(b r)  op te merken dat de Belarussische economie stagneert, dat meer dan een vijfde van de Belarussische bevolking in absolute armoede leeft en dat dit aantal waarschijnlijk zal stijgen als gevolg van de COVID-19-crisis; op te merken dat het minimumloon in Belarus thans 375 Belarussische roebel oftewel 137 EUR bedraagt, en dat het land in een demografische crisis verkeert waarbij de beroepsbevolking krimpt en een groot aantal mensen uit Belarus vertrekt op zoek naar werk;

(b s)  nota te nemen van de schadelijke gevolgen die de Belarussische economie ondervindt als gevolg van de weigering van het Belarussische regime om in gesprek te gaan met de eigen bevolking, met name de aanhoudende landelijke stakingen bij de staatsbedrijven, de stakingen van leraren en werknemers uit de sociale en cultuursector; en tevens nota te nemen van de schadelijke gevolgen voor de IT-sector, die mogelijk niet meer op het oude niveau komt;

(b t) hun treurnis uit te spreken over de onwil van de Belarussische autoriteiten om de aanbevelingen van internationale financiële instellingen, zoals de Wereldbank en het IMF, op te volgen en hervormingen door te voeren om het grote aantal staatsbedrijven te verminderen, het bedrijfsleven te hervormen, ondernemerschap aan te moedigen, kmo’s te ondersteunen, de overheidsschuld te verlagen, de realistische levensonderhoudskosten in rekening te brengen bij de bevolking en de arbeidsmarktomstandigheden te verbeteren;

(b u) hun bezorgdheid te uiten over overheidsregels die schadelijk zijn voor de particuliere sector, met name de vereiste om een ​​minimumloon te betalen dat niet lager is dan het gemiddelde loon van de tien meest succesvolle staatsbedrijven;

(b v) hun bezorgdheid te uiten over de grootschalige systematische corruptie bij Belarussische overheidsinstellingen en staatsbedrijven, anticorruptieonderzoeken en voorlichtingscampagnes te stimuleren en te ondersteunen, bezorgdheid te uiten over de intimidatie en vervolging van journalisten die verslag doen van corruptie en aan te dringen op een veilige omgeving voor onderzoeksjournalisten en klokkenluiders;

(b w) aan te dringen op een alomvattend onderzoek naar de geldstromen van de familie van Aleksandr Loekasjenko en zijn medewerkers, inclusief de offshore-activiteiten van Belarussische staatsbedrijven, en naar corruptiesystemen bij Belarussische bedrijven;

(b x) de energiediversificatie van Belarus te verwelkomen en te stimuleren, en zijn afhankelijkheid van Rusland te verminderen door olie en gas van nieuwe leveranciers in te voeren, onder meer via het grondgebied van de EU; tevens ecologische duurzaamheid aanmoedigen alsmede de ontwikkeling van alternatieve energiebronnen;

(b y) de nadruk te leggen op het belang dat de EU hecht aan de bestrijding van de klimaatverandering, met name door de uitvoering van de Europese Green Deal en de Overeenkomst van Parijs van 2015, en Belarus aan te moedigen hechter samen te werken met de EU inzake milieuaangelegenheden met het oog op groene transformatie, energie-efficiëntie, duurzaamheid en klimaatneutraliteit en om de kansen van het Oost-Europees Partnerschap voor energie-efficiëntie en milieu te benutten, en er tegelijkertijd op aan te dringen dat de intimidatie van milieuactivisten moet stoppen; Belarus te verzoeken meer inspanningen te leveren in de bestrijding van klimaatverandering en klimaatverandering te integreren in alle beleidsterreinen;

(b z) te wijzen op initiatieven in het kader van het Milieupartnerschap voor de Noordelijke Dimensie (NDEP), die gericht zijn op het aanpakken van de dringendste milieuproblemen in het gebied;

Persoonlijke contacten

(c a) te stellen dat de EU belang heeft bij zo ruim mogelijke persoonlijke contacten als de beste manier om de EU en Belarus dichter bij elkaar te brengen, wederzijds begrip te kweken en beste praktijken uit te wisselen; uitwisselingsprogramma’s met een bewezen staat van dienst, zoals de Mobiliteitsregeling voor gerichte intermenselijke contacten (MOST), te bevorderen, en te herhalen dat de visumversoepelingsovereenkomst een concrete uiting van dit beleid is;

(c b) met instemming te reageren op de vooruitgang bij de uitvoering van het mobiliteitspartnerschap en de visumversoepelings- en overnameovereenkomsten als onderdeel van veilige en goed beheerde mobiliteitsafspraken tussen de EU en Belarus;

(c c) te erkennen, en gebruik te maken van het feit, dat de toenemende mobiliteit tussen de EU en Belarus ertoe leidt dat de burgers meer worden blootgesteld aan Europese waarden en dat de steun voor een democratische transformatie groeit;

(c d) de mogelijkheden te onderzoeken voor visumvrije reizen naar Belarussische burgers, zodat het persoonlijk contact niet wordt onderworpen aan de ondemocratische principes van de Belarussische autoriteiten;

(c e) grensoverschrijdende samenwerking en grensoverschrijdend verkeer tussen Belarus en de aangrenzende EU-lidstaten te ondersteunen, en met name de Belarussische autoriteiten aan te moedigen om de regeling inzake klein grensverkeer met Litouwen ten uitvoer te leggen, waar personen die binnen 50 kilometer aan weerszijden van de grens wonen van zouden profiteren;

(c f) de rol te erkennen die de Belarussische diaspora speelt in de democratische zelfbewustwording in Belarus, en de Belarussen in de EU-lidstaten als belangrijke spelers te betrekken bij de nationale dialoog in het land;

(c g) samenwerking op cultureel gebied te ondersteunen door middel van programma’s zoals Creatief Europa, en met name projecten ter bevordering van de creativiteit, waarbij maatschappelijke organisaties en lokale initiatieven worden betrokken; de solidariteit van Europa met de Belarussische samenleving te bevorderen en aan te wakkeren door middel van culturele uitingen;

(c h) de inspanningen te intensiveren om ervoor te zorgen dat jongeren in Belarus kunnen profiteren van een betere opleiding door vooruitgang te boeken bij de uitvoering van het Bologna-proces en door uitbreiding van de mogelijkheden om in de EU te studeren via het Erasmus+-programma, dat op reële wijze en op lange termijn kan bijdragen aan een mentaliteitsverandering in Belarus en aan de natuurlijke overdracht van Europese waarden naar het land en de democratisering ervan;

(c i) Belarussische jongeren die vanwege hun deelname aan de landelijke protesten worden uitgesloten van het onderwijs in Belarus, te steunen en beurzen te verstrekken zodat zij kunnen studeren aan onderwijsinstellingen in de EU-lidstaten;

(c j) financiële EU-steun te verlenen aan de European Humanities University (EHU), de Belarussische universiteit in ballingschap in Vilnius;

(c k) beurzen te verstrekken aan academici die hun onderwijs- en onderzoekspositie zijn kwijtgeraakt als gevolg van hun deelname aan de protesten;

(c l) onderwijsprogramma’s te ondersteunen voor de omscholing van Belarussische ambtenaren die zijn ontslagen of de overheid vrijwillig hebben verlaten;

(c m) de digitalisering van het onderwijs te ondersteunen in verband met de COVID-19-uitbraak in Belarus;

(c n) te erkennen dat vele mensen die hun stem laten horen in de huidige democratische revolutie in Belarus zijn afgestudeerd aan een universiteit in een EU-lidstaat en hebben deelgenomen aan verschillende door de EU ondersteunde programma’s om hun beroepskwalificaties op een hoger peil te brengen en hen in staat te stellen beroepsactiviteiten uit te oefenen;

(c o) de wetenschappelijke gemeenschap van Belarus aan te moedigen de samenwerking met haar Europese collega’s te intensiveren en ten volle gebruik te maken van Horizon Europe;

(c p) de programma’s ter ondersteuning van de democratie en de strategische communicatie te versterken, en een breder bereik onder lokale gemeenschappen te creëren dat verder strekt dan de van oudsher “pro-Europese” groepen;

2. verzoekt zijn Voorzitter deze aanbeveling te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de vicevoorzitter van de Commissie/hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid.


INFORMATIE OVER DE GOEDKEURING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

Datum goedkeuring

21.9.2020

 

 

 

Uitslag eindstemming

+:

–:

0:

60

7

1

Bij de eindstemming aanwezige leden

Alviina Alametsä, Alexander Alexandrov Yordanov, Maria Arena, Petras Auštrevičius, Traian Băsescu, Anna Bonfrisco, Reinhard Bütikofer, Fabio Massimo Castaldo, Włodzimierz Cimoszewicz, Katalin Cseh, Tanja Fajon, Anna Fotyga, Michael Gahler, Kinga Gál, Sunčana Glavak, Raphaël Glucksmann, Klemen Grošelj, Bernard Guetta, Márton Gyöngyösi, Sandra Kalniete, Dietmar Köster, Andrius Kubilius, Ilhan Kyuchyuk, David Lega, Miriam Lexmann, Nathalie Loiseau, Antonio López-Istúriz White, Lukas Mandl, Thierry Mariani, David McAllister, Vangelis Meimarakis, Sven Mikser, Francisco José Millán Mon, Javier Nart, Gheorghe-Vlad Nistor, Urmas Paet, Demetris Papadakis, Kostas Papadakis, Tonino Picula, Manu Pineda, Kati Piri, Giuliano Pisapia, Jérôme Rivière, María Soraya Rodríguez Ramos, Nacho Sánchez Amor, Isabel Santos, Andreas Schieder, Radosław Sikorski, Jordi Solé, Sergei Stanishev, Tineke Strik, Hermann Tertsch, Harald Vilimsky, Idoia Villanueva Ruiz, Viola Von Cramon-Taubadel, Thomas Waitz, Charlie Weimers, Isabel Wiseler-Lima, Salima Yenbou, Željana Zovko

Bij de eindstemming aanwezige vaste plaatsvervangers

Özlem Demirel, Angel Dzhambazki, Assita Kanko, Arba Kokalari, Dragoş Tudorache, Mick Wallace, Elena Yoncheva, Marco Zanni

 


 

HOOFDELIJKE EINDSTEMMING IN DE BEVOEGDE COMMISSIE

60

+

PPE

Alexander Alexandrov Yordanov, Traian Băsescu, Michael Gahler, Kinga Gál, Sunčana Glavak, Sandra Kalniete, Andrius Kubilius, David Lega, Miriam Lexmann, Antonio López-Istúriz White, David McAllister, Lukas Mandl, Vangelis Meimarakis, Francisco José Millán Mon, Gheorghe-Vlad Nistor, Radosław Sikorski, Isabel Wiseler-Lima, Željana Zovko, Arba Kokalari

S&D

Maria Arena, Włodzimierz Cimoszewicz, Tanja Fajon, Raphaël Glucksmann, Dietmar Köster, Sven Mikser, Demetris Papadakis, Tonino Picula, Kati Piri, Giuliano Pisapia, Nacho Sánchez Amor, Isabel Santos, Andreas Schieder, Sergei Stanishev, Elena Yoncheva

Renew

Petras Auštrevičius, Katalin Cseh, Klemen Grošelj, Bernard Guetta, Ilhan Kyuchyuk, Nathalie Loiseau, Javier Nart, Urmas Paet, María Soraya Rodríguez Ramos, Dragoş Tudorache

ID

Anna Bonfrisco, Marco Zanni

Verts/ALE

Alviina Alametsä, Reinhard Bütikofer, Jordi Solé, Tineke Strik, Viola Von Cramon-Taubadel, Thomas Waitz, Salima Yenbou

ECR

Anna Fotyga, Hermann Tertsch, Charlie Weimers, Angel Dzhambazki, Assita Kanko

NI

Fabio Massimo Castaldo, Márton Gyöngyösi

 

7

-

ID

Thierry Mariani, Jérôme Rivière

GUE

Manu Pineda, Idoia Villanueva Ruiz, Özlem Demirel, Mick Wallace

NI

Kostas Papadakis

 

1

0

ID

Harald Vilimsky

 

Verklaring van de gebruikte tekens:

+ : voor

- : tegen

0 : onthouding

 

 

 

Laatst bijgewerkt op: 30 oktober 2020
Juridische mededeling - Privacybeleid